Welke professionals melden een gezin aan bij Jeugd Veilig Verder? Mogen dit ook professionals vanuit scholen of huisartsen zijn?

Professionals vanuit lokale wijkteams, de Raad voor Kinderbescherming, beschermtafel of de rechter melden een gezin aan bij Jeugd Veilig Verder.Andere professionals zoals docenten, schoolmaatschappelijk werkers of huisartsen kunnen bij zorgen rondom een kind, contact opnemen met Veilig Thuis.

 

Wie neemt de regie wanneer Jeugd Veilig Verder bij een gezin betrokken wordt. Jeugd Veilig Verder of de professional die het gezin aanmeldt?

Hier is echt sprake van een tandem-werking. Vanaf het moment dat een gezinsmanager van Jeugd Veilig Verder bij een gezin betrokken wordt, heeft de gezinsmanager de casusregie. Dit houdt in dat de gezinsmanager bepaalt wat het gezin nodig heeft op basis van de analyse etc.

De professional van het lokale wijkteam voert de procesregie. Dit houdt bijvoorbeeld in dat de professional bijvoorbeeld beschikkingen ten behoeve van de noodzakelijke ondersteuning aanvraagt bij de gemeente. Beide partijen hebben dus een cruciale rol in de ondersteuning van een gezin.

 

Wat als mensen niet meewerken?

Jeugd Veilig Verder is gericht op het wegnemen van drempels, juist bij gezinnen die zelf niet (meer) op vrijwillige basis willen samenwerken. Voor samenwerking vanuit een preventief kader is het uiteindelijk wel belangrijk dat het gezin alsnog vrijwillig aan de slag wil met Jeugd Veilig Verder. Om de kans op een vrijwillige samenwerking zo groot mogelijk te houden, is het in een vroeg stadium betrekken van Jeugd Veilig Verder heel belangrijk.

Lukt samenwerken vanuit een vrijwillig kader niet langer? Dan geeft Jeugd Veilig Verder ook uitvoering aan jeugdbescherming vanuit een justitiële maatregel.

 

Bij de gezinnen waarvoor ik Jeugd Veilig Verder zou inschakelen, is het vaak vijf voor twaalf. Hoe voorkomen we dat deze gezinnen weer in een wekenlang traject komen, zonder dat zij de consequenties voelen wanneer zij alsnog terugvallen in hun oude patroon.

Zodra Jeugd Veilig Verder bij een gezin betrokken is, kan er in een acute onveilige situatie direct (binnen 24 uur) worden gehandeld. Jeugd Veilig Verder werkt bij voorkeur vanuit preventieve jeugdbescherming, maar de veiligheid van kinderen is hierbij altijd leidend. Blijkt vanuit het veiligheidsoogpunt van de betrokken kinderen dat ondersteuning vanuit een gedwongen kader nodig is, dan schakelen we snel en ondersteunen we jou als lokale professionals bij het aanvragen van een maatregel.

 

Wie vult een VTO (Verzoek tot onderzoek) in?

Dit verzoek wordt door jou ingediend. Jeugd Veilig Verder helpt je hierbij, door je te voorzien van alle informatie die nodig is om een goed onderbouwd verzoek in te kunnen dienen.

 

Wie voert de check op veiligheid binnen een gezin uit?

Jeugd Veilig Verder voert deze uit. We doen dit aan de hand van de ARIJ, een actuarieel risicotaxatie-instrument, ontwikkeld door de Universiteit van Amsterdam. De ARIJ bestaat uit twee onderdelen:

  • een veiligheidstaxatie
  • risicotaxatie

De veiligheidstaxatie

Deze bestaat uit 10 basisvragen waarmee de gezinsmanager de directe veiligheid van de kinderen toetst. Toetsing van de veiligheid vindt op meerdere momenten plaats.

De risicotaxatie
Een risicotaxatie bestaat uit 35 vragen. Deze vragen zijn bedoelt om de statische en dynamische risicofactoren in beeld te brengen. Daarmee wordt de risico op toekomstige onveiligheid ingeschat (hoog, midden, laag) en de beïnvloedbaarheid van de risicofactoren (hoog, midden, laag). Met behulp van de risicotaxatie kan er in het plan van aanpak worden meegenomen of er risico gestuurde hulp moet worden ingezet, of compenserende hulp.

Zegt de uitkomst van de veiligheidstaxatie ‘kind direct veilig stellen’ dan vindt er dezelfde dag een huisbezoek plaats. Tijdens dat bezoek worden bodemeisen gesteld, in een uiterst geval kan er een uithuisplaatsing volgen.

 

Is er een apart instrument voor het toetsen op veiligheid in geval van jeugdreclassering?

Er is een landelijk instrument, de LIJ. Hierin wordt het recidive risico berekend en een passende interventie aangeboden aan de jeugdige op basis van zijn delict.

 

Wie houdt in de gaten of ouders zich aan de gestelde bodemeisen houden?

De verantwoordelijkheid hiervoor ligt bij de ouders zelf, het netwerk heeft hier ook een belangrijke rol in (denk hierbij aan opa/oma, de juf, een buurman etc.)

Dit werkt als volgt: de ouder laat zelf zien welke acties hij of zij onderneemt om ervoor te zorgen dat aan de bodemeisen wordt voldaan. De ‘bewijslast’ ligt dus bij de ouder zelf. Kan de ouder niet aantonen dat hij of zij voldoet aan de bodemeisen, dan heeft dit direct consequenties. Welke consequenties dit zijn, hangt af van de afspraken die de gezinsmanager hierover vooraf met de ouder(s) gemaakt heeft. Het is belangrijk dat de consequenties voor het gezin helder en duidelijk zijn. Dat maakt de bereidheid om aan de bodemeisen te voldoen, groter.

De bodemeisen zijn de minimale eisen die worden gesteld om de veiligheid van de kinderen direct te vergroten, hier moet aan voldaan worden.

 

Wat doen we als het netwerk er niet is of bijvoorbeeld ‘besmet’ is wegens een vechtscheiding.

Het komt zelden voor dat er echt helemaal geen netwerk rondom een gezin aanwezig is. Geven ouders aan geen netwerk te hebben, dan kijken we bijvoorbeeld naar het netwerk van de kinderen (juf, ouders van vriendjes, de trainer). Vervolgens kijken of we samen kunnen werken met de school, de sportclub of andere betrokken partijen.

Vechtscheiding

Is er sprake van een vechtscheiding, dan is het geven van voorlichting (psycho-educatie) aan het gehele netwerk belangrijk. Het doel hiervan is om                                     bij iedereen helder te krijgen wat de gevolgen zijn van de strijd (ook tussen het netwerk) voor de kinderen. Op die manier kan je invloed uitoefenen op het gezin en het netwerk ten gunste van de veiligheid van de kinderen.

Dit is een standaard onderdeel van de ‘vechtscheidingsmodule’ van Jeugd Veilig Verder.